Oefenen, oefenen en nog eens oefenen

Het jaar 2021 is voor de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) een jaar van oefenen, door alle betrokken partijen. Gemeenten, aannemers, kwaliteitsborgers, instrumentaanbieders en opdrachtgevers oefenen door aan de slag te gaan met proefprojecten.

Ambassadeursnetwerken Wkb
Om samenwerkingen te stimuleren en proefprojecten van de grond te krijgen, worden er vanuit de VNG zogenaamde ambassadeursnetwerken opgericht. Gemeenten kunnen ambassadeursgemeente worden of zich aansluiten bij één van de netwerken. Zo ontstaat er een (bijna) landelijk dekkend netwerk, waarbij naast de gemeenten ook aannemers en kwaliteitsborgers aangesloten zijn. De VNG organiseert kennisbijeenkomsten binnen de netwerken en stelt tevens een financiële bijdrage ter beschikking om de kosten voor de kwaliteitsborger te betalen.

Vanuit Senze zijn wij nauw betrokken bij de evaluatie van deze proefprojecten. Ook zijn wij adviseur van de begeleidingscommissie waar een vertegenwoordiging van gemeenten, instrumentaanbieders, ministerie van BZK, de Toelatingsorganisatie en de VNG in deelnemen.

Door deze en onze andere opdrachten, zoals de Wkb-scans, VTH-beleidsplannen en het opzetten van werkprocessen onder de Wkb en de Omgevingswet, zien wij dat er nog veel vragen zijn over de wijzigingen die de Wkb met zich meebrengt. We zien zeker dat er bewustwording is over de Wkb, maar tegelijkertijd ook koudwatervrees om er concreet iets mee te doen. Hoe mooi is het dan, dat er vooruitlopend op nieuwe wetgeving geoefend kan worden? Oefenen om hetgeen je bedacht hebt of nog moet bedenken te toetsen in de praktijk.

Tijdens het oefenen krijgt u inzicht in wat u van een aannemer en kwaliteitsborger mag verwachten en antwoord op de vragen: “Hoe ziet een borgingsplan eruit, wat voor informatie ontvangt u als gemeente in het dossier bevoegd gezag en wanneer moet er handhavend worden opgetreden?” Ook is oefenen onder de Wkb een uitgelezen kans om kennis te maken met het nieuwe stelsel, de instrumenten en kwaliteitsborgers. Door nu ervaring op te doen krijgt u zelf beter zicht op wat het voor uw rol of organisatie daadwerkelijk betekent en kunt u de initiatiefnemers van bouwwerken beter informeren, wanneer zij straks vragen hebben over deze wetswijziging. Ons devies is dan ook: “Grijp de resterende tijd tot aan de invoeringsdatum aan om uw kennis over de Wkb te verbreden en ga oefenen, oefenen en nog eens oefenen”.

Benieuwd naar onze ervaringen tot op heden of behoefte aan meer informatie? Neem gerust eens contact op met Natasja Schouten-Lening.

Over de proefprojecten
Een proefproject start bij voorkeur bij de aanvraag omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen. Aanvrager en gemeente beslissen samen dat de aanvraag geschikt is als proefproject. Alle initiatieven die passen in gevolgklasse 1 (bouw en verbouw van grondgebonden woningen, kleine bedrijfshallen, kassen en bruggen voor langzaam verkeer) komen hiervoor in aanmerking.

De proefprojecten worden uitgevoerd alsof de wet al in werking is getreden. Hierbij is het van belang dat iedereen zijn eigen rol kent en inneemt. Dit betekent een terugtrekkende rol van de gemeente als bevoegd gezag. De techniek wordt door de aannemer gegarandeerd en gecontroleerd door de kwaliteitsborger. Voor de start van de bouw dient er door de aanvrager een risicobeoordeling en borgingsplan bij de gemeente aangeleverd te worden. In het borgingsplan zijn de risico’s van het bouwplan en de omgevingsrisico’s vertaald in hoe de aannemer deze risico’s gaat beheersen en wanneer de kwaliteitsborger zijn controles uitvoert.

Tijdens deze proefprojecten mag de gemeente informatie opvragen bij de aanvrager, maar het is niet de bedoeling dat deze stukken (op inhoud) worden gecontroleerd. Het doel van het verkrijgen van de stukken is dat de gemeente inzicht krijgt in welke stukken de kwaliteitsborger gebruikt om tot afgifte van de verklaring te komen. De verklaring wordt voor oplevering van het bouwwerk aan de opdrachtgever verstrekt wanneer er een gerechtvaardigd vertrouwen is dat het bouwwerk voldoet aan de technische eisen van het Bouwbesluit. De opdrachtgever kan per project verschillen, dit kan bijvoorbeeld de vergunninghouder zijn, de aannemer of een (particuliere) opdrachtgever van het bouwwerk.

Het belang van een goede rolverdeling
Waarom is het dan zo belangrijk dat eenieder zijn eigen rol behoudt? Alleen op deze manier krijgt u inzicht in het nieuwe stelsel. Wat gaat er al goed en waar is verbetering noodzakelijk? Dit geldt voor de gehele keten, dus van instrumentaanbieder tot aan de opdrachtgever.

Er is meer nodig dan één proefproject om een stevig nieuw stelsel neer te zetten. Hier gaan een aantal jaren overheen. Wij zijn van mening dat op een aantal projecten de hoofdconstructeur weer terugkomt en de ‘oude’ opzichter de rol van interne kwaliteitsborger kan worden. Hoe de kleine projecten met dit stelsel omgaan zal de tijd uitwijzen.

De bij de VNG aangemelde proefprojecten worden geëvalueerd, zodat inzichtelijk wordt wat al goed gaat en wat verbeterd dient te worden. Maar ook hoe de samenwerking tussen de partijen is gegaan en of de communicatie goed is verlopen is belangrijk om te weten. Om los te kunnen laten, maar ook om uw rol te pakken, is vertrouwen nodig. Vertrouwen in het nieuwe stelsel, maar vooral vertrouwen in de (nieuwe) partijen. Dus vertrouwen in de mens.

Meer informatie over de ambassadeursnetwerken is terug te vinden op de website van Stichting Instituut voor Bouwkwaliteit.